Handreiking MFAS zakelijke rente lenen van de bv
Er is geen wettelijk voorschrift over de zakelijke rente bij het lenen van de bv. Ook de fiscus lijkt geen concrete normen te hanteren; bij correcties doet men maar wat. Conform HR 5 februari 1997, ECLI:NL:HR:1997:AA3236 is het uitgangspunt de rente die de bv bij de bank op een spaarrekening zou kunnen krijgen (dit is de rente die de bv als het ware derft). Deze grootheid dient vervolgens te worden vermeerderd met een opslag, afhankelijk van de privésolvabiliteit van de dga. Privévermogen kan bestaan uit overwaarde van de woning, effecten en beleggingsvastgoed. Op grond van het at arm's lengthbeginsel dient niet onder privévermogen te worden verstaan de aandelen in de bv.
Indien de privésolvabiliteit ten enenmale tekort schiet, is het verdedigbaar dat de dga 'op zijn salaris' kan lenen. Daarvoor houden we als norm aan dat een dga minimaal eenmaal zijn bruto jaarsalaris kan lenen. Een particulier kan een persoonlijke lening tot ongeveer dit bedrag krijgen.
Vooralsnog stellen wij voor om geen rekening te houden met een eventuele negatieve spaarrente. De spaarrente wordt geacht dus minimaal 0% te zijn.
privévermogen dga |
opslag op spaarrente bank |
> 130% van het geleende bedrag |
0,50% |
100% - 130% van het geleende bedrag |
1,00% |
70%-100% van het geleende bedrag |
1,50% |
< 70% van het geleende bedrag tot eenmaal het bruto jaarloon |
2,50% |
< 70% van het geleende bedrag, welk bedrag meer is dan eenmaal het bruto jaarloon |
p.m. |
Voor een dekking van minder dan 70% en een leensom van meer dan eenmaal het bruto jaarloon zien wij af van een handreiking. De fiscus zou daarbij terecht op een zeer hoge opslag van bijvoorbeeld 5% kunnen gaan zitten. Het lenen van de bv is in zo'n situatie in de regel niet zakelijk. In zo'n geval zou eerst privévermogen moeten worden gecreëerd door middel van uitkering van dividend.
Besef dat het voorgaande een dynamische aangelegenheid is. De rente voor het lenen van de bv beweegt mee met de spaarrente van banken. Ook de privésolvabiliteit van de dga kan wijzigen. De vraag is overigens welke peildatum bij een rekening-courantschuld moet worden aangehouden voor de toets. Wij adviseren uit praktische overwegingen het begin van het boekjaar.
De handreiking is materieel ingestoken en houdt geen rekening met formele zekerheden. Zo wordt een overwaarde van de woning volledig als dekking meegenomen, los van de vraag of de bv ter zake een recht van tweede hypotheek heeft gekregen. In de praktijk kunnen formele zekerheden uiteraard wel van belang zijn.
Let op! De handreiking is slechts bedoeld als suggestie. Er kunnen natuurlijk omstandigheden zijn die tot een afwijkend rentetarief nopen.
Onderstaand laten wij een drietal voorbeelden volgen.
Voorbeelden handreiking zakelijke rente bij lenen van de bv |
|
Voorbeeld 1 |
|
Woning |
700.000 |
Hypotheek lening bank |
400.000 |
Overwaarde |
300.000 |
Effecten |
50.000 |
Vakantiewoning |
250.000 |
Totaal dekking |
600.000 |
Schuld aan bv |
800.000 |
Percentage dekking |
75,00% |
Dit valt in de categorie 70%-100%. Opslag op spaarrente bv 1,5% |
|
Voorbeeld 2 |
|
Woning |
600.000 |
Hypotheek lening bank |
400.000 |
Overwaarde |
200.000 |
Totaal dekking |
200.000 |
Schuld aan bv |
500.000 |
Percentage dekking |
40,00% |
Bruto jaarsalaris |
80.000 |
De dekking is minder dan 70% en de lening overstijgt eenmaal het bruto jaarsalaris. De handreiking doet geen suggestie. Zakelijk lenen is niet mogelijk. Als toch wordt geleend, staat de fiscus in zijn recht met het toepassen van een zeer hoge opslag. |
|
Voorbeeld 3 |
|
Woning |
500.000 |
Hypotheek lening bank |
480.000 |
Overwaarde |
20.000 |
Totaal dekking |
20.000 |
Schuld aan bv |
60.000 |
Percentage dekking |
33,33% |
Bruto jaarsalaris |
75.000 |
De dekking is minder dan 70%. De lening is echter minder dan eenmaal het bruto jaarsalaris. Opslag op spaarrente bv 2,5%. |